ECLI:NL:OGHACMB:2024:72 - PONT Omgeving (2024)

Burgerlijke zaken over 2024

Registratienummers: BON202300587 - BON2024H00013

Uitspraak: 21 mei 2024

GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE

van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en

van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

V O N N I S

op de vordering tot schorsing op de voet van art. 272 Rv van:

de naamloze vennootschap LA BONAIRE N.V.,

[APPELLANTE 2],

[APPELLANTE 3],

gevestigd c.q. wonende in Bonaire,

in eerste aanleg gedaagden,

thans appellanten,

eisers tot schorsing,

gemachtigde: mr. A.K. Kleinmoedig,

tegen

Eisers tot schorsing worden hierna afzonderlijk La Bonaire, [APPELLANTE 2] en [APPELLANTE 3] en gezamenlijk La Bonaire c.s. genoemd. Verweerster wordt hierna [GEÏNTIMEERDE] genoemd.

1.1Bij akte van appel van 27 maart 2024 zijn La Bonaire c.s. in hoger beroep gekomen van het tussen partijen gewezen en op 6 maart 2024 uitgesproken vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zittingsplaats Bonaire (hierna: het Gerecht). Op 17 april 2024 hebben La Bonaire c.s. een memorie van grieven met producties ingediend.

1.2Bij op 17 april 2024 ingekomen verzoekschrift, met producties, hebben La Bonaire c.s. verzocht, verkort weergegeven, dat het Hof de tenuitvoerlegging van voormeld vonnis zal schorsen totdat onherroepelijk op het hoger beroep zal zijn beslist.

1.3 [[GEÏNTIMEERDE] heeft op 29 april 2024 een verweerschrift ingediend, waarbij zij toestemming heeft verzocht om kosteloos te procederen en heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid, althans afwijzing van het schorsingsverzoek met veroordeling van La Bonaire c.s. in de proceskosten.

1.4Partijen hebben pleitnota’s met producties ingediend.

1.5Vonnis is gevraagd en bepaald op vandaag.

2.1 [GEÏNTIMEERDE] heeft een kaart rechtgevende op kosteloze rechtsbijstand aangevraagd. Gelet hierop zal het Hof haar toestemming verlenen om in deze schorsingsprocedure kosteloos te procederen.

2.2.Het beroep van [GEÏNTIMEERDE] op niet-ontvankelijkheid van La Bonaire c.s. wordt verworpen. Weliswaar hebben La Bonaire c.s. nagelaten om conform artikel 111 van het Procesreglement zo spoedig mogelijk een afschrift van hun verzoekschrift met producties naar [GEÏNTIMEERDE] te sturen, maar dit heeft geen niet-ontvankelijkheid tot gevolg. Bij e-mail van 22 april 2024 heeft de Hofgriffie een scan van het schorsingsverzoek aan [GEÏNTIMEERDE] toegezonden en haar een termijn van een week gegeven om een verweerschrift in te dienen. Dit is de gebruikelijke termijn, genoemd in art. 112 lid 1 van het Procesreglement. [GEÏNTIMEERDE] is daarom niet geschaad in enig rechtens te respecteren processueel belang. Het Hof verbindt ook overigens geen gevolgen aan de schending van artikel 111 van het Procesreglement.

2.3Het Hof laat de e-mailwisseling die onder randnummer 11 van de pleitnota van [GEÏNTIMEERDE] in het geding staat vermeld buiten beschouwing, nu dat als productie moet worden beschouwd en La Bonaire c.s. daarop niet meer heeft kunnen reageren.

2.4Bij de beoordeling van het verzoek geldt hetgeen de Hoge Raad op 20 december 2019 (ECLI:NL:HR:2019:2026, NJ 2020/425 (Strandhotel)) heeft overwogen.

Het gaat in deze zaak om het volgende. [GEÏNTIMEERDE] en [APPELLANTE 3] waren met elkaar gehuwd. Op 8 december 2017 is de echtscheiding uitgesproken en op 17 mei 2018 is de echtscheidingsbeschikking ingeschreven in de registers van de Burgerlijke Stand. De voormalige echtelijke woning van partijen is gelegen op een erfpachtperceel aan de [adres erfpachtperceel] te Bonaire. La Bonaire is eigenaar van de woning. [APPELLANTE 3] was tot 13 maart 2014 directeur en enig aandeelhouder van La Bonaire. Op die datum heeft [APPELLANTE 3] zijn aandelen overgedragen aan [APPELLANTE 2], die vanaf die datum ook enig bestuurder was. [APPELLANTE 3] heeft een algemene volmacht op grond waarvan hij alle beslissingen over La Bonaire neemt. Bij vonnis van het Hof van 18 april 2023 zijn La Bonaire en [APPELLANTE 3] veroordeeld om, kort gezegd, op hun kosten mee te werken aan levering van de woning aan [GEÏNTIMEERDE] binnen drie maanden na betekening van het vonnis. In het vonnis is bepaald dat bij gebreke aan voldoening aan deze veroordeling het vonnis in de plaats zal treden van de voor het passeren van de leveringsakte vereiste medewerking en handtekeningen van (de bestuurders van) La Bonaire. Het Hof heeft overwogen dat [APPELLANTE 3], daartoe kennelijk bevoegd op grond van zijn hiervoor bedoelde volmacht, met [GEÏNTIMEERDE] heeft afgesproken dat hij de woning aan haar zou overdragen. [APPELLANTE 3] heeft tegenover het Hof verklaard dat er op de woning geen hypotheek rust. In het kader van de executie van het vonnis door [GEÏNTIMEERDE] is gebleken dat op de woning wel een recht van hypotheek rust van de MCB-bank.

Bij het vonnis waarvan thans de schorsing tenuitvoerlegging wordt gevorderd heeft het Gerecht de vorderingen van [GEÏNTIMEERDE] toegewezen in die zin dat La Bonaire c.s. hoofdelijk zijn veroordeeld:

  • de notaris te informeren over de hypotheek en hem van alle in dat verband gewenste informatie te voorzien;

  • te zorgen voor doorhaling van de hypotheek (door betaling van de onderliggende schuld, of door het bieden van alternatieve zekerheid);

  • de door de notaris opgestelde pro forma factuur van 5 september 2023 en (indien van toepassing) de nog op te stellen pro forma factuur aan de notaris te voldoen,

op verbeurte van dwangsommen van US$ 10.000,- per dag met een maximum van US$ 1.000.000,- en veroordeling van La Bonaire c.s. in de proceskosten.

2.6Het bestreden vonnis bevat geen kennelijke misslagen. De bezwaren van La Bonaire c.s. tegen het bestreden vonnis kunnen voor het overige in het hoger beroep aan de orde komen. Daarop loopt het Hof thans niet vooruit.

2.7La Bonaire c.s. beroepen zich ter onderbouwing van hun verzoek tot schorsing op een brief van MCB d.d. 15 maart 2024, die aldus La Bonaire c.s. een rechtvaardiging oplevert om van het bestreden vonnis af te wijken. In ieder geval zolang het onderzoek van MCB voortduurt hebben zij belang bij behoud van de bestaande toestand.

2.8In de genoemde brief staat onder meer het volgende:

“We have received your official request to release the rights of our mortgage on the property located at [adres erfpachtperceel] (…).

Kindly be informed that in order to release this mortgage, the Bank will have to review your accounts based on compliance and overall performance, which takes approximately one month, possibly longer depending on possible inquires that may arise during the process.

(…)”

Uitgangspunt is dat een uitgesproken veroordeling, hangende een hogere voorziening, uitvoerbaar dient te zijn. Het door MCB te verrichten onderzoek heeft blijkens de brief betrekking op de vraag of het recht van hypotheek op de woning aan de [adres erfpachtperceel] kan worden doorgehaald. Dat houdt verband met het door het Gerecht gegeven bevel onder b. Het had op de weg van La Bonaire c.s. gelegen om bij haar schriftelijke reactie d.d. 3 mei 2024 nadere informatie te geven over de stand van zaken. Toen was er immers al ruim 1 ½ maand verstreken sinds de dagtekening van de brief. Niet is duidelijk geworden of La Bonaire c.s. inmiddels van de Bank ten aanzien van de doorhaling van de hypotheek hebben vernomen en zo nee, of zij zelf conform het vonnis hebben getracht in gesprek te gaan met de Bank om daartoe te komen.

Verder valt, zonder nadere toelichting, die niet is gegeven, niet in te zien in welke zin de brief eraan in de weg staat de veroordelingen in het vonnis uit te voeren.

2.10La Bonaire c.s. hebben dus niet voldoende onderbouwd welk belang zij hebben bij hun verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging.

2.11Voor zover La Bonaire c.s. in hun pleitnota nieuwe gronden hebben aangevoerd worden deze door het Hof als tardief gepasseerd, omdat [GEÏNTIMEERDE] daar niet meer op heeft kunnen reageren.

2.12Een belang van [GEÏNTIMEERDE] bij de uitvoerbaarverklaring bij voorraad is in elk geval dat voormelde woning op zo kort mogelijke termijn vrij van hypotheek aan haar wordt overgedragen.

2.13Op grond van het voorgaande is niet gebleken van omstandigheden die meebrengen dat een eventueel belang van La Bonaire c.s. bij behoud van de status quo zolang niet op het hoger beroep is beslist, zwaarder weegt dan het belang van [GEÏNTIMEERDE] bij tenuitvoerlegging van het bestreden vonnis.

2.14Het Hof zal de vordering daarom afwijzen. La Bonaire c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde partijen worden veroordeeld in de kosten van deze schorsingsprocedure.

B E S L I S S I N G

Het Hof:

verleent [GEÏNTIMEERDE] toelating om kosteloos te procederen in deze schorsingsprocedure;

wijst de vordering tot schorsing af;

veroordeelt La Bonaire c.s. in de kosten van deze schorsingsprocedure, aan de zijde van [GEÏNTIMEERDE] gevallen en tot op heden begroot op US$ 1.117,- aan salaris voor de gemachtigde.

Dit vonnis is gewezen door mrs. E.A. Saleh, G.C.C. Lewin en E.W.A. Vonk, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken op 21 mei 2024 in tegenwoordigheid van de griffier.

ECLI:NL:OGHACMB:2024:72 - PONT Omgeving (2024)
Top Articles
Latest Posts
Article information

Author: Edwin Metz

Last Updated:

Views: 6084

Rating: 4.8 / 5 (78 voted)

Reviews: 85% of readers found this page helpful

Author information

Name: Edwin Metz

Birthday: 1997-04-16

Address: 51593 Leanne Light, Kuphalmouth, DE 50012-5183

Phone: +639107620957

Job: Corporate Banking Technician

Hobby: Reading, scrapbook, role-playing games, Fishing, Fishing, Scuba diving, Beekeeping

Introduction: My name is Edwin Metz, I am a fair, energetic, helpful, brave, outstanding, nice, helpful person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.